Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor één van de in de "Samenstelling" vermelde hulpstoffen. - Ernstige nierinsufficiëntie (creatinineklaring lager dan 30 ml/min) zonder regelmatige hemodialyse. - Leverinsufficiëntie.
Ziekte van Parkinson Of instellen van de behandeling in monotherapie, om de invoering van levodopa uit te stellen Of in combinatie met levodopa, tijdens de ontwikkeling van de ziekte, wanneer de werking van levodopa uitgeput raakt of onregelmatig wordt en er schommelingen in het therapeutisch effect optreden (schommelingen van het type "einde dosis" of "on-off" effecten)
Volwassenen Individuele aanpassing Aanvang: 2 mg per dag gedurende de eerste week, dan 4 mg eenmaal daags Bij onvoldoende controle, de dagelijkse dosis verhogen met 2 mg per week of langere intervalperiode tot een dosering van 8 mg eenmaal daags Bij nog onvoldoende controle, de dagelijkse dosis verhogen met 2 of 4 mg per 2 weken of langere intervalperiode tot een dosering van maximum 24 mg eenmaal daags Bij het stoppen met de behandeling dient de dagelijkse dosis gedurende één week geleidelijk te worden afgebouwd Voor patiënten van 75 jaar of ouder kan een tragere titratie tijdens de aanvang van de behandeling worden overwogen Als toevoeging bij levodopa De dosering levodopa geleidelijk terugbrengen, afhankelijk van de klinische respons (ongeveer 30%) Toedieningswijze De dosis éénmaal daags innemen, elke dag op ongeveer hetzelfde moment Met of zonder voedsel De tablet(ten) geheel innemen