Kinderen zitten doorgaans dichter bij elkaar dan volwassenen: ze spelen samen, bekijken samen hun taken, enz. Ook dragen ze vaker mutsen en sjaals, die meestal samen aan de kapstok hangen op school. Luizen springen niet, maar verplaatsen zich wel zeer snel en geraken op die manier makkelijker van het ene hoofd op het andere.
Dat gaat niet in één, twee, drie … Je kinderen duidelijk maken dat ze hun spullen (mutsen, haarspelden) niet mogen uitwisselen, verkleint het risico wel. Daarnaast bestaan er ook producten met een geur die luizen vervelend vinden, zoals sprays met lavendel. Hoe dan ook moet je in gedachten houden dat luizen niet schadelijk zijn voor de gezondheid en dat ze ook geen teken zijn van slechte hygiëne bij je kind. Het haar van je kind vaker wassen heeft dus geen zin!
Niet alle besmette kinderen hebben last van jeuk. Je zou dus heel regelmatig, bij elke shampoobeurt, moeten controleren of je kind geen luizen of neten heeft. Op die manier kun je snel maatregelen nemen en voorkomen dat de plaag zich verspreidt onder de andere gezinsleden:
Het is belangrijk om al je huisgenoten te behandelen zodat ze elkaar niet kunnen herbesmetten. Meestal is het aangewezen om meteen een luizenshampoo te gebruiken en om een week later voor de tweede keer te behandelen. Lees wel zorgvuldig de instructies van de fabrikant op de verpakking. Tegenwoordig bestaan er heel wat producten zonder insecticiden, die de luizen verwijderen en het risico op resistentie beperken. Je kunt ook een behandeling met silicone toepassen, die de luizen verstikt. Vraag advies aan je apotheker, hij weet wat je moet doen! Je moet niet alleen behandelen, maar ook elke dag het haar van de besmette persoon/personen kammen met een speciale, fijne luizenkam waarmee je de luizen en neten kan verwijderen. Begin achteraan in de nek en werk naar boven op de schedel. Druk de luizenkam zachtjes tegen de hoofdhuid aan.