Levodopa-benserazide mag niet gegeven worden in geval van overgevoeligheid voor levodopa, benserazide of voor één van de in "Samenstelling" vermelde hulpstoffen. - Levodopa-benserazide mag niet gegeven worden aan patiënten met een decompensatie van de endocriene (bijvoorbeeld feochromocytoom, hyperthyroïdie, syndroom van Cushing), de nier- of de leverfuncties. - Levodopa-benserazide mag niet gegeven worden aan patiënten jonger dan 25 jaar (het skelet moet volgroeid zijn). - Levodopa-benserazide mag niet gegeven worden in geval van hartaandoeningen (bijvoorbeeld ernstige hartaritmieën en hartinsufficiëntie). - Levodopa-benserazide mag niet gegeven worden in geval van psychiatrische aandoeningen met een psychotische component. - Levodopa-benserazide mag niet gegeven worden in geval van gesloten-hoekglaucoom. - Levodopa-benserazide mag niet gegeven worden in geval van maag- of duodenumulcus in de actieve fase. - Levodopa-benserazide mag niet gegeven worden bij een combinatie van levodopa-benserazide met niet-selectieve MAO-remmers of reserpine. De selectieve MAO-B-remmers, zoals selegiline en rasagiline, en de selectieve MAO-A-remmers, zoals moclobemide, zijn evenwel niet tegenaangewezen. Aangezien echter de combinatie van een MAO-A-remmer en een MAO-B-remmer evenwaardig is aan een niet-selectieve MAO-remmer mag deze combinatie niet samen met levodopa-benserazide toegediend worden.) - Levodopa-benserazide mag niet gegeven worden aan zwangere vrouwen of aan vrouwen die zwanger zouden kunnen worden en geen betrouwbare contraceptiemethode toepassen. Indien zwangerschap optreedt bij een vrouw die levodopa-benserazide neemt, dient de medicatie stopgezet te worden (zoals voorgeschreven door de behandelende arts).
Volwassenen Startdosis: 1 tablet 3 x /dag De dosis wekelijks verhogen met 1 tablet Gemiddelde onderhoudsdosis: 1 tablet 4 à 6 x /dag Max. 4 tabletten per inname en 16 tabletten /dag Toedieningswijze Tijdens de maaltijden of in ieder geval met voedsel en vloeistof innemen De tabletten in min. 25 ml water per tablet oplossen. Eventueel suiker of vruchtensiroop toevoegen Na het opdrinken van het product blijft er meestal een witachtig waas achter in het glas. Dit bestaat uit een residu van de excipiënten
Welke stoffen zitten er in Prolopa? Prolopa HBS 125 capsules met verlengde afgifte, hard De werkzame stoffen zijn levodopa (100 mg) en benserazide onder de vorm van benserazidehydrochloride (28,5 mg), wat overeenkomt met 25 mg benserazide. De andere stoffen zijn hypromellose 2910/4000cP, hypromellose 2910/50cP, gehydrogeneerde plantaardige olie, watervrij calciumwaterstoffosfaat, mannitol (E421), talk, polyvidon, magnesiumstearaat, gelatine, titaandioxide (E171), geel ijzeroxide (E172), indigotine (E132), rood ijzeroxide (E172). Prolopa 125 dispergeerbare tabletten De werkzame stoffen zijn levodopa (100 mg) en benserazide onder de vorm van benserazidehydrochloride (28,5 mg), wat overeenkomt met 25 mg benserazide. De andere stoffen zijn watervrij citroenzuur, gepregelatiniseerd maïszetmeel, microkristallijne cellulose, magnesiumstearaat. Prolopa 250 tabletten De werkzame stoffen zijn levodopa (200 mg) en benserazide onder de vorm van benserazidehydrochloride (57 mg), wat overeenkomt met 50 mg benserazide De andere stoffen zijn mannitol (E421), calciumwaterstoffosfaat, microkristallijne cellulose, gepregelatiniseerd maïszetmeel, crospovidon, magnesiumstearaat, ethylcellulose, rood ijzeroxide (E172), watervrij colloïdaal silicium, natriumdocusaat.