• Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor een van de in "Samenstelling" vermelde hulpstoffen • Patiënten met een ernstig verminderde nierfunctie (CrCL < 30 ml/min) • Actieve, klinisch significante bloedingen • Laesie of aandoening die als een significante risicofactor voor majeure bloedingen wordt beschouwd. Hiertoe kunnen behoren: bestaande of recente gastro-intestinale ulceratie, aanwezigheid van maligne neoplasmata met een hoog risico op bloedingen, recent letsel aan hersenen of ruggenmerg, recente operatie van hersenen, ruggenmerg of ogen, recente intracraniële bloeding, bekende of vermoede oesofagusvarices, arterioveneuze malformaties, vasculaire aneurysma’s of ernstige intraspinale of intracerebrale vaatafwijkingen • Gelijktijdige behandeling met andere anticoagulantia zoals bv. ongefractioneerde heparine (UFH), laag moleculair gewicht heparines (enoxaparine, dalteparine enz.), heparine derivaten (fondaparinux enz.), orale anticoagulantia (warfarine, rivaroxaban, apixaban enz.), behalve onder specifieke omstandigheden van het omschakelen van antistollingsbehandeling of wanneer UFH wordt gegeven in een dosis om een centraal veneuze of een arteriële katheter doorgankelijk te houden) • Verminderde werking van de lever of leveraandoening die naar verwachting invloed heeft op de overleving • Gelijktijdige behandeling met systemisch ketoconazol, ciclosporine, itraconazol en dronedarone) • Patiënten met een kunsthartklep bij wie antistollingsbehandeling vereist is .
Preventie van veneuze trombo-embolie Cerebrovasculair accident en systemische embolie CVA, TIA of systemische embolie in de anamnese Linkerventrikel ejectiefractie < 40% Symptomatisch hartfalen >= New York Heart Association (NYHA) klasse 2 75 jaar en ouder 65 jaar en ouder in combinatie met diabetes mellitus, coronair vaatlijden of hypertensie
Volwassenen Eerste dosis: 1 capsule binnen 1 - 4 uur na de operatie Daarna, 2 capsules 1 x daags Totale behandelingsduur Na een electieve knievervangende operatie: 10 dagen Na een electieve heupvervangende operatie: 28 tot 35 dagen 1 capsule van 110 mg, 2 x /dag bij patiënten van 80 jaar of ouder die gelijktijdig verapamil krijgen Naargelang de individuele beoordeling 1 capsule van 110 of 150 mg, 2 x /dag bij patiënten tussen 75 en 80 jaar met laag trombo-embolisch risico en hoog bloedingsrisico met een matige nierinsufficiëntie met gastritis, oesofagitis of gastro-oesofageale reflux met een verhoogd risico op bloedingen Toedieningswijze De capsules in hun geheel innemen met water, met of zonder voedsel De capsules niet openen omdat dit het risico op bloedingen kan verhogen
KWALITATIEVE EN KWANTITATIEVE SAMENSTELLING Elke harde capsule bevat 75 mg dabigatran etexilaat (als mesilaat). Voor de volledige lijst van hulpstoffen, zie rubriek 6.1.