Parkinsonisme Behandeling van alle vormen van parkinsonisme (post-encefalitische, arteriosclerotische en idiopatische). Monotherapie bij mineure vormen. Bij ernstige vormen kan associatie met levodopa aangewezen zijn (tenzij levodopa teveel bijwerkingen geeft of tegenaangewezen is). Extrapiramidale aandoeningen Behandeling van extrapiramidale aandoeningen als gevolg van centraal werkende geneesmiddelen zoals neuroleptica. De symptomen die hierbij optreden zijn gelijk aan deze bij de ziekte van Parkinson : tremor, spierstijfheid, verhoogde speekselvloed, acathisie met overmatige rusteloosheid en dyskinesie met spastische contracties en onwillekeurige bewegingen. Routine-profylaxis is niet aangewezen. De toediening bij tardieve dyskinesieën geïnduceerd door neuroleptica heeft geen effect.
Volwassenen IDIOPATISCH PARKINSONISME Startdosis: 1 mg op dag 1, dan om de 3-5 dagen verhogen met 2 mg. Totale dagdosis: Standaarddosis: 6-10 mg /dag. Postencefalitisch Parkinsonisme: tot 12-15 mg /dag. COMBINATIE MET PARASYMPATHICOLYTICA Artane kan als gehele of partiële substitutietherapie voor parasympathicolytica worden gebruikt. Initiële, partiële substitutie: progressieve vermindering van de andere medicatie, naarmate de dosis Artane verhoogd wordt. COMBINATIE MET LEVODOPA Gebruikelijke dagelijkse dosis: 3-6 mg /dag. De gebruikelijke dosering van beide geneesmiddelen zal eventueel gereduceerd worden in functie van de bijwerkingen en de controle van de symptomen. GENEESMIDDEL GEÏNDUCEERD PARKINSONISME Startdosis: 1 mg. Gebruikelijke dagdosis: 5-15 mg /dag. Toedieningswijze Idiopatisch Parkinsonisme: Lage doses (6-10 mg /dag) verdelen over 3 giften tijdens de maaltijden. Hoge doses verdelen over 4 giften (3 tijdens de maaltijden en 1 voor het slapengaan). Dit geneesmiddel kan monddroogte veroorzaken. Bij overmatige monddroogte: Dorst kan worden verholpen met pepermunt, kauwgom of water. Toediening voor de maaltijden kan de voorkeur genieten, tenzij nausea optreedt. Postencefalitische patiënten met een overmatige speekselvloed: het geneesmiddel na de maaltijd innemen. Wanneer de speekselvloed ook dan nog hinderlijk is: - eventueel corrigeren met een lage dosis atropine. Het stopzetten van de behandeling dient steeds geleidelijk te gebeuren (risico op een ernstige akinesie bij plots stopzetten).
Welke stoffen zitten er in dit middel? De werkzame stof is trihexyfenidylhydrochloride. De andere bestanddelen zijn: ARTANE 2 mg: calciumwaterstoffosfaat, maïszetmeel, magnesiumstearaat en gepregelatineerd zetmeel. ARTANE 5 mg: calciumwaterstoffosfaat, maïszetmeel en magnesiumstearaat.