Wegens de nationale staking (29/04) en de feestdag (01/05) kan de levering van je pakje vertraging hebben.
Na een jaar van vruchteloos proberen, schatten artsen de maandelijkse kans op een zwangerschap laag in. Daarom is het op dat punt zinvol om langs te gaan bij je arts. Doel: zicht krijgen op de situatie en eventueel de MBV mogelijkheden bespreken om de kans op een zwangerschap te verhogen.
Deze techniek wordt als eerste optie voorgesteld aan koppels van wie het medisch dossier er normaal uitziet of zo goed als normaal. Bij intra-uteriene inseminatie wordt sperma van de partner of van een donor rechtstreeks ingebracht in de baarmoederholte op het moment van de eisprong. Dat verhoogt de kans dat een zaadcel en een eicel samenkomen. Gemiddeld verdriedubbelt kunstmatige inseminatie de kans op bevruchting bij koppels met vruchtbaarheidsproblemen.
Doorgaans stellen artsen een cyclus van vier inseminaties voor aan het koppel. Als er na afloop van deze cyclus nog geen zwangerschap tot stand is gekomen, wordt het weinig waarschijnlijk geacht dat bevruchting via deze techniek mogelijk zal zijn. Op dat punt raden artsen aan om over te gaan tot IVF.
IVF is een meer invasieve en ‘zwaardere’ behandeling dan kunstmatige inseminatie, maar deze techniek is wel heel doeltreffend om de kans op een zwangerschap te verhogen. Zo bedraagt de kans op inplanting van een embryo 40 tot 50% bij een jonge vrouw (minder dan 36 jaar oud). Dankzij IVF komt de bevruchting immers effectief tot stand en wordt dat embryo geselecteerd dat de beste kans maakt op een gunstige ontwikkeling.
Doorgaans wordt overgegaan op IVF na een vruchteloze cyclus van vier inseminaties, maar deze techniek kan ook van meet af aan al voorgesteld worden in bepaalde specifieke gevallen (erg negatieve sperma-analyse, verstopte eileiders, ernstige endometriose, langdurige vruchtbaarheidsproblemen, vrouwen tussen de 40 en 43 jaar oud …).
Bij koppels van wie een van de partners aan een ernstige genetische aandoening lijdt, kunnen artsen eventueel een ‘pre-implantatie genetische diagnostiek’ (PGD) aanbevelen. In dat geval wordt het DNA van de embryo’s onderzocht vóór de terugplaatsing om zo de embryo’s te kunnen selecteren die niet aan die aandoening lijden.