Gewichtsbeheersing Als aanvulling op een caloriearm dieet en verhoogde lichamelijke activiteit ten behoeve van gewichtsbeheersing bij volwassen patienten met een aanvankelijke BMI (Body Mass Index) van: > of = 30 kg/m2 (obees), of > of = 27 kg/m2 tot < 30 kg/m2 (overgewicht) die ten minste een gewichtsgerelateerde comorbiditeit hebben, zoals dysglykemie (prediabetes of diabetes mellitus type 2), hypertensie, dyslipidemie of obstructieve slaapapneu. De behandeling moet worden gestaakt na 12 weken als de patiënt op de dagdosering van 3,0 mg niet ten minste 5% van zijn aanvankelijke lichaamsgewicht is kwijtgeraakt en de noodzaak tot voortzetting van de behandeling moet jaarlijks opnieuw worden beoordeeld.
Volwassenen vanaf 18 jaar Startdosis: 0,6 mg/dag. Dosisverhoging: in stappen van 0,6 mg. met tussenpozen van ten minste één week om de gastro-intestinale verdraagbaarheid te verbeteren. als verhoging naar de volgende dosisstap gedurende twee opeenvolgende weken niet wordt verdragen: overwegen om de behandeling te staken. Max. dosis: 3,0 mg/dag. Dosisaanpassing Bij patiënten met diabetes mellitus type 2: dosisaanpassing van gelijktijdig gebruikte insuline of insuline secretagogen wordt aanbevolen. niet gebruiken in combinatie met een andere GLP-1-receptoragonist. Toedieningswijze Eenmaal daags, subcutaan. Bij voorkeur op hetzelfde tijdstip van de dag, onafhankelijk van de maaltijden. Injectieplaats: de buik, de dij of de bovenarm. Gemiste dosis: < 12u na het gewoonlijke toedieningstijdstip: de dosis zo snel mogelijk toedienen. < 12u tot de volgende dosis: de gemiste dosis niet toedienen en het eenmaaldaagse doseerschema hervatten bij de volgende geplande dosis.