Het bloedglucoseverlagende effect van insuline is het gevolg van een verbeterde opname van glucose na binding van insuline aan de receptoren van spier- en vetcellen en de gelijktijdige remming van de glucoseafgifte vanuit de lever.
Dosis individueel aanpassen Standaarddosis: 0,3 - 1,0 IE/kg/dag Toedieningswijze SC via injectie in de dij, de buikwand, het gluteale gebied of in het deltoïdeus gebied De naald moet na het injecteren nog ten minste 6 seconden onder de huid blijven om zeker te zijn dat de volledige dosis geïnjecteerd is. Om het risico op lipodystrofie te verminderen dient de injectieplaats altijd te worden afgewisseld binnen hetzelfde gebied Bij intensieve insulinetherapie kan de suspensie worden gebruikt als basale insuline (ochtend- en/of avondinjectie), waarbij de snelwerkende insuline bij de maaltijden wordt toegediend De patronen zijn ontworpen voor gebruik met Novo Nordisk insulinetoedieningssystemen en NovoFine of NovoTwist naalden