Overgevoeligheid voor de werkzame stof of voor de in "Samenstelling" vermelde hulpstof. Circulatoire collaps, verminderd bewustzijn ongeacht de oorzaak (vb. intoxicatie met alcohol, barbituraten of opiaten), coma.
Onderhoudsbehandeling van schizofrenie en andere psychotische stoornissen, vooral met symptomen als hallucinaties, wanen en denkstoornissen die gepaard gaan met agitatie, rusteloosheid, vijandigheid en agressiviteit.
Volwassenen Individuele dosisaanpassing Standaarddosis: 200 tot 400 mg om de 2 à 4 weken Overgang van orale vorm naar depotvorm De laatste orale dagdosis vermenigvuldigen met 8 en om de 2 weken toedienen De eerste week de orale behandeling verderzetten in een verlaagde dosis Toedieningswijze Als intramusculaire injectie in de bovenste buitenquadrant van de gluteale regio. Injectievolumes die 2 ml overschrijden moeten verdeeld worden over 2 injectieplaatsen