• Overgevoeligheid voor de werkzame stof(fen) of voor (één van) de in "Samenstelling" vermelde hulpstof(fen). • Overgevoeligheid voor andere bètablokkers. • Overgevoeligheid voor sulfonamiden. • Reactieve luchtwegaandoeningen waaronder astma bronchiale of een anamnese van astma bronchiale, of ernstige chronische obstructieve longziekte. • Sinus bradycardie, sick-sinus syndroom, sino-atriaal blok, tweede- of derdegraads atrioventriculair blok niet gereguleerd door een pacemaker. Manifest hartfalen, cardiogene shock. • Ernstige allergische rhinitis • Hyperchloremische acidose. • Ernstige nierfunctiestoornissen.
Volwassenen 1 druppel in de conjunctivale zak van het (de) aangetaste oog (ogen), 2 x per dag Toedieningswijze Het flesje vóór gebruik goed schudden Nasolacrimale occlusie of het zachtjes sluiten van het ooglid na indruppeling wordt aanbevolen om de systemische absorptie te verminderen Indien meer dan één topisch oftalmisch geneesmiddel wordt gebruikt, moeten deze geneesmiddelen met een tussenperiode van minimaal 5 minuten worden toegediend Om besmetting van de druppelteller en de suspensie te voorkomen, moet men er op letten dat de druppelteller niet in contact komt met de oogleden, het omringende gedeelte of andere oppervlakken