Volwassenen De aangewezen dosering voor elke patiënt wordt vastgesteld middels oplopende doseringsschema’s. BEPALEN VAN DE DREMPELDOSERING
1 mg tijdens een hypokinetische oftewel ‘off’-periode.
Ontbreekt een respons of is deze onvoldoende, wordt een tweede dosis van 2 mg geïnjecteerd.
De dosis kan bij iedere volgende injectie worden verhoogd met tussen twee injecties een tijdsduur van ten minste veertig minuten totdat een bevredigende motorische respons wordt verkregen.
BEHANDELING INSTELLEN
De dagelijkse dosering ligt doorgaans ergens tussen de 3 mg en 30 mg, welke dosering als 1 tot 10 injecties en soms zelfs 12 afzonderlijke injecties per dag wordt gegeven.
Maximale dosering: 10 mg per bolus en 100 mg per dag.
Toedieningswijze
Subcutane injectie in de onderbuik of de buitenkant van het bovenbeen.
Het kan niet worden uitgesloten dat de absorptie bij een en dezelfde persoon verschilt afhankelijk van de injectieplaats. De patiënt dient bijgevolg gedurende het daaropvolgende uur te worden geobserveerd om de kwaliteit van de respons op de behandeling te beoordelen. Afhankelijk van de respons van de patiënt kan de dosering worden gewijzigd.
Ziekte van Parkinson behandeling van motorische fluctuaties ('on-off' fenomeen) bij patiënten met de ziekte van Parkinson, die niet voldoende reageren op orale anti-Parkinson medicatie.
Volwassenen De aangewezen dosering voor elke patiënt wordt vastgesteld middels oplopende doseringsschema's. BEPALEN VAN DE DREMPELDOSERING 1 mg tijdens een hypokinetische oftewel 'off'-periode. Ontbreekt een respons of is deze onvoldoende, wordt een tweede dosis van 2 mg geïnjecteerd. De dosis kan bij iedere volgende injectie worden verhoogd met tussen twee injecties een tijdsduur van ten minste veertig minuten totdat een bevredigende motorische respons wordt verkregen. BEHANDELING INSTELLEN De dagelijkse dosering ligt doorgaans ergens tussen de 3 mg en 30 mg, welke dosering als 1 tot 10 injecties en soms zelfs 12 afzonderlijke injecties per dag wordt gegeven. Maximale dosering: 10 mg per bolus en 100 mg per dag. Toedieningswijze Subcutane injectie in de onderbuik of de buitenkant van het bovenbeen. Het kan niet worden uitgesloten dat de absorptie bij een en dezelfde persoon verschilt afhankelijk van de injectieplaats. De patiënt dient bijgevolg gedurende het daaropvolgende uur te worden geobserveerd om de kwaliteit van de respons op de behandeling te beoordelen. Afhankelijk van de respons van de patiënt kan de dosering worden gewijzigd.