Profylaxe van transplantaatafstoting bij volwassen allogene niertransplantaat- of levertransplantaat ontvangers Behandeling van afstoting van allogene transplantaten bij volwassen patiënten die eerder zonder succes met andere immunosuppressieve geneesmiddelen werden behandeld
Volwassenen 1ste dosis max. 24 uur na transplantatie Initiële dosis: 0,20 - 0,30 mg/kg/dag, 1 x daags, 's ochtends Dosisaanpassing (gewoonlijk verlaging) ngl. clinische evaluatie 1ste dosis 12-18 uur na transplantatie Initiële dosis: 0,10 - 0,20 mg/kg/dag, 1 x daags, 's ochtends Dosisaanpassing (gewoonlijk verlaging) ngl. clinische evaluatie Nier- en levertransplantatie: initiële orale dosis zoals voor profylaxe van transplantaatafstoting Harttransplantatie: initiële dosis: 0,15 mg/kg/dag , 1 x daags, 's ochtends Transplantatie van andere organen (geen klinische ervaring): initiële dosis long: 0,10-0,15 mg/kg/dag pancreas: 0,2 mg/kg/dag darm: 0,3 mg/kg/dag OPGELET Na overschakeling op een alternatieve formulering (verlengde of directe vrijstelling) moet een therapeutische geneesmiddelenmonitoring worden uitgevoerd Dosisaanpassingen zijn aangewezen bij leverinsufficiëntie en zwarte patiënten Toedieningswijze De gelules in hun geheel, 1 x daag, liefst 's ochtends, innemen met water Op een lege maag of min. 1 uur vóór of 2-3 uur na de maaltijd Een vergeten ochtenddosis dient zo snel mogelijk op dezelfde dag te worden ingenomen. De volgende ochtend dient geen dubbele dosis te worden ingenomen